Welke maatregelen moeten er genomen worden in het kader van robotisering?
Gepost op 14 juni 2020Kunstmatige intelligentie (AI) kan gedefinieerd worden als het geheel van theorieën en technieken die complexe computerprogramma's ontwikkelen die in staat zijn bepaalde kenmerken van menselijke intelligentie te simuleren (redeneren, leren). AI is in 2018 zo geëvolueerd dat het laatste rapport van McKinsey over dit onderwerp in november 2018 vermeldt dat bijna 47% van de bedrijven al AI in een bepaald gebied gebruikte, vergeleken met 20% in 2017.
Robotisering daarentegen blijft zich versneld ontwikkelen met meer dan 2,2 miljoen robots wereldwijd, met de verwachting dat dit aantal tegen 2023 zal verdubbelen. De leidende landen, zoals Korea, naderen een verhouding van één robot per tien werknemers (vergeleken met 0,3 per 10 in Duitsland, 0,2 in de VS, of 0,1 in China).
Sommigen schatten dat meer dan 30% van de huidige banen vervangbaar zou kunnen zijn, en dit is niet beperkt tot productiebanen, maar omvat ook zogenaamde "intellectuele" banen, zoals accountants. Volgens McKinsey zijn de bepalende criteria schaalbaarheid, autonomie en de mate van repetitiviteit van de functie.
Ongetwijfeld zal de COVID-19-pandemie en de daarmee samenhangende vereiste voor sociale afstand deze trend versnellen, zoals recente aankondigingen van verschillende bedrijven bevestigen.
In het arbeidsrecht roept deze evolutie, bij gebrek aan specifieke wetgeving, veel vragen op.
De implementatie van AI of robots binnen een bedrijf moet dus vooraf worden aangekondigd en besproken met de ondernemingsraad of de vakbondsdelegatie. Het is ook nodig om een advies in te winnen van de commissie voor gezondheid en veiligheid, gezien de mogelijke impact op het welzijn op de werkplek, naast een update van het algemene risicopreventieplan van het bedrijf en het jaarlijkse actieplan. Naar mijn mening moet het ontwikkelen van een intern noodplan ook worden overwogen om eventuele storingen aan te pakken.
Aangezien robots (bijvoorbeeld bij de receptie van een bedrijf of voor schoonmaak) mogelijk kunnen registreren wat ze zien en horen, moet ook de privacy op de werkplek worden beheerd en moet naleving van de AVG worden gewaarborgd. Dit is nog belangrijker als de fabrikant op afstand toegang behoudt, bijvoorbeeld voor onderhoud of updates. Welke garanties kunnen worden gegeven aan "menselijke" werknemers dat alles wat zij zeggen in aanwezigheid van hun "AI-collega's" niet zal worden opgenomen, geanalyseerd en hergebruikt? Niet te vergeten de persoonlijke informatie die robots in hun geheugen opslaan om de voorkeuren, gewoonten of gedragingen van de mensen die ze ontmoeten te leren. Dit geldt vooral als er "deep learning"-processen worden geïmplementeerd, met gedeelde informatie tussen robots van dezelfde serie of fabrikant. De Franse CNIL (Commission Nationale de l'Informatique et des Libertés) heeft hierover al richtlijnen uitgegeven.
Volgens de Belgische wetgeving kan de ontslag van een werknemer momenteel geldig worden gerechtvaardigd op basis van de CCT 109 door een reorganisatie van het bedrijf als gevolg van de implementatie van nieuwe technologie. Jurisprudentie heeft dit al bevestigd, met name in het geval van onterecht ontslag.
Een dergelijk ontslag zou de werkgever niet verplichten tot herplaatsing of vervanging door een "mens", zelfs niet in een andere functie. Natuurlijk kunnen we vertrouwen op degenen die aankondigen (McKinsey, Accenture, enz.) dat de verloren banen vanzelf zullen worden vervangen door andere, of pleiten voor een wettelijk kader.
Tot slot is het aansprakelijkheidsregime in het geval van ongelukken of storingen nog steeds onduidelijk, aangezien het voorstel van de Europese Commissie voor een semi-juridische persoonlijkheid voor robots nog niet is besloten.
Evenzo is het gebruik van robots om "een staking te breken" mogelijk in gevallen waar het gebruik van tijdelijke werknemers verboden is.
Er is geen twijfel dat de ontwikkeling van AI en robotisering de toekomst is, of het nu wenselijk is of niet. De verstoringen die ze met zich mee zullen brengen, vooral in de samenleving — waar zullen de gegenereerde voordelen naartoe gaan? Zullen ze worden verdeeld? Zullen staten begrijpen dat ze belang hebben bij coördinatie? — moeten nu worden overwogen en gereguleerd.
Op een moment waarop partijdige en onwetende politiek sommige politici ertoe aanzet om van de ene op de andere dag te besluiten om standbeelden neer te halen of een bos te sluiten, is het duidelijk dat dit noch op de agenda staat, noch tot de prioriteiten van degenen die ons regeren behoort. Zij zullen, zoals het een slechte gewoonte is geworden, te laat wakker worden om in haast te handelen en zonder globale reflectie.
Gelinkte publicaties
Ambtenaren, onder statuut of onder contract (Trends 26-12-2024)
De geleidelijke contractering van ambtenaren is al een decennium een realiteit op alle machtsniveaus. De vraag naar de definitieve afschaffing van het bekende "statuut" van ambtenaren rechtvaardigt echter een maatschappelijk debat en ongetwijfeld een herinnering aan bepaalde waarheden over dit statuut en de vergelijking met een contract voor onbepaalde tijd (CDI).
Door Christophe Delmarcelle